Waarom meiden een prooi van hyperseksualiteit zijn

suhyeon-choi-G9XMLUAjETM-unsplash
Leestijd: 3 minuten

‘Onherstelbare schade’ heet het geruchtmakende boek van Abigail Shrier. Hierin luidt ze de noodklok over de immense schade die de ‘transgendergekte’ teweegbrengt aan tienermeiden. Hoe komt dit en waarom juist meiden?

Tussen 2019-2022 verdrievoudigde het aantal aanvragen voor transgenderzorg in Nederland: van 2820 in 2019 naar 8630 in 2022. Naast deze spectaculair gestegen groei doet zich een ander opvallend verschijnsel voor: de verandering in samenstelling van de patiënten. Kinderpsychiater Marian Grossman signaleert dat er een nieuwe groep patiënten ontstaan is. Eerst was er de ‘klassieke’ (zeer) kleine groep van personen die reeds in de kinderjaren genderdysforie ervoer en de andere ‘klassieke’ groep van oudere mannen die zich graag met vrouwenkleding tooit (travestie). Sinds enkele jaren is er sprake van een derde, nieuwe groep: tieners, vooral meisjes, die voorheen nooit genderverwarring ervoeren, maar nu om hulp aankloppen bij genderklinieken. Inmiddels is twee op drie intakegesprekken met meisjes.

Waarom juist de meiden?
Vanwaar die ongekende stijging? En waarom uitgerekend vooral onder meisjes? Het antwoord hierop is niet eenvoudig. In de genderrevolutie is sprake van een scala van ontwikkelingen die op elkaar inspelen en elkaar versterken. Deze variëren van individualisme en postmodernisme tot social media en zoektocht(en) naar identiteit. Naast deze verklaringen wordt de laatste tijd ook de hyperseksuele cultuur genoemd als factor van betekenis.

Ze willen aan het hyperseksuele ideaalbeeld voldoen
De westerse cultuur is sinds de Seksuele Revolutie in sterke mate geseksualiseerd. Seksuele opvattingen en verbeeldingen oefenen sterke invloed uit, met name onder jongeren. Dankzij internet en social media hebben deze ideeën en verbeeldingen een groot bereik. Met name meisjes lijken hier gevoelig voor te zijn. Dit kan zich in twee richtingen bewegen. Het kan betekenen dat de hyperseksuele tendens omhelsd en als normerend gezien wordt. Dit kan zover gaan dat meiden bereid zijn plastische chirurgie te laten toepassen op hun lichaam om aan het gewenste ideaalbeeld te voldoen.

Ze willen geen hyperseksueel lustobject zijn
Een andere mogelijkheid is dat genoemde hyperseksualisering hen juist negatief beïnvloedt. Volgens de Australische seksuologe Patricia Weerakoon worden tienermeiden beelden, idealen en belevingen voorgehouden waar ze niet aan kunnen of willen voldoen. Vrouwelijkheid lijkt samen te vallen met seksuele objectivering, wat veel meiden als ongewenst ervaren. Om dit te voorkomen wordt een vlucht naar het andere geslacht als reële optie overwogen. Transitie is in dat geval een vlucht uit hun vrouwelijkheid, voortkomend uit een gevoel van onbehagen met het eigen geslacht als gevolg van als ongewenst ervaren stereotype beelden van vrouwelijkheid in de omringende cultuur.

De Amerikaanse hoogleraar genderstudies Abigaïl Favale signaleert hier een parallel met eetstoornissen zoals anorexia (die ook veelal voorkomen bij meisjes). Het koesteren van de eetstoornis en de vermagering zorgt ervoor dat het typisch vrouwelijk aspect van het lichaam vervaagt en uitgewist wordt. Favale spreekt in dit verband over een rebellie, een protest tegen de hyperseksualisering van het vrouwelijke lichaam. Die keert zich vervolgens tegen het eigen lichaam. Dit zou een mogelijke verklaring kunnen zijn voor het feit dat drie keer zoveel meisjes als jongens voor transitie kiezen (terwijl in het verleden het bijna altijd jongens of mannen waren die in transitie gingen).

Vernieuwing van het denken is nodig
Het is tragisch dat zoveel jonge meiden, als gevolg van de hyperseksuele cultuur waarin ze leven, tot dergelijke ingrijpende stappen komen. In plaats van ingrijpende behandelingen aan het lichaam – die meestal geen aantoonbare verbetering van de mentale gezondheid veroorzaken – zou de vraag aan de orde moeten komen wat er ‘innerlijk en in hun leven aan de hand [is] dat hen doet geloven dat een leven als het andere geslacht het leven beter of gemakkelijker zal maken’, aldus Marian Grossman. Wat jongeren vooral nodig hebben is goede psychotherapeutische hulp die hen inzicht geeft in hun genderverwarring en de haat jegens het eigen lichaam die vaak hierachter schuilgaat en hen helpt hiermee om te gaan. Niet ons lichaam heeft transitie nodig, maar ons denken: ‘…word innerlijk veranderd door de vernieuwing van uw gezindheid (denken, Rom. 12: 2)’.

Taak voor opvoeders
Hier ligt tevens een belangrijke taak voor opvoeders. Het is van groot belang dat in de opvoeding de waarheid van God over mens en leven leidend is. Opvoeders dienen kinderen te helpen bij de ontmaskering van de leugenachtige hyperseksuele cultuur. Met name kunnen ze dit doen door aandacht te hebben voor hun mediagebruik. Het is immers via media dat onze kinderen zo intens geconfronteerd worden met hyperseksuele beelden. Matigheid met media is een belangrijke sleutel in het beschermen tegen de hyperseksuele cultuur.

Verder is het van levensbelang dat ouders hun dochters een besef van onvoorwaardelijke acceptatie geven. Wezenlijk is hierbij de Bijbelse overtuiging dat ‘God ons gemaakt heeft en niet wij’ (Psalm 100). Daarom mag je er zijn zoals je bent. De veelgehoorde slogan ‘Je mag zijn die je wilt zijn’ is onjuist en on-Bijbels. De overtuiging dat je mag zijn die je bent – zoals God je ontworpen en gemaakt heeft – kunnen we echter volledig beamen. Laten we Gods oneindige wijsheid en veelkleurigheid als het gaat over vrouwelijkheid en schoonheid niet reduceren tot onbereikbare en wereldse maatstaven (die vaak ook nog eens vanuit een typisch mannelijk perspectief opgesteld zijn). Laten we onze meiden aanvaarden zoals ze zijn. Dat helpt hén zichzelf te aanvaarden zoals ze zijn, inclusief hun lichaam en geslacht. Juist de Bijbelse waarheid kan hier vrijmaken.


Gepubliceerd: 16-11-2023

Ook interessant

Het gender-experiment nader bekeken (1)

Een echt, inhoudelijk debat over gender. Dat stond Harlaar voor ogen. In 15 bijdragen wordt het gender-experiment van alle kanten belicht.

Beantwoording vragen appelavond

Tijdens de appelavond in Veenendaal (3 apr. 2024) konden niet alle vragen beantwoord worden. Op onderstaande vragen hebben we schriftelijk een antwoord