Het ‘cancellen’ als nieuwe vorm van kerkelijke tucht

Wat is kerkelijke tucht?
Leestijd: 4 minuten

Het valt mij op dat in de kerkelijke wereld steeds meer sprake is van tuchtsituaties. Dit roept de vraag op: beleeft de tucht een comeback?

Tucht was lange tijd iets van een vervlogen verleden, iets uit het rariteitenkabinet van mainstreamkerken. Maar kennelijk is dat nu voorbij en is de tucht terug van weggeweest. Predikanten hadden te maken met beschuldigingen van grensoverschrijdend gedrag (soms enigszins verhullend ‘zonden tegen het zevende gebod’ genoemd). Ik zou een paar recente voorbeelden kunnen noemen zowel uit de evangelische als de gereformeerde wereld, maar zal dat niet doen uit een oogpunt van privacybescherming en ook omdat ik de specifieke situaties en achtergronden onvoldoende ken.

Naar mijn besef is de vraag relevant hoe onder invloed van de huidige ontwikkelingen in de samenleving sprake kan zijn van ‘cancellen’. Mijn eigen vragen, aarzelingen en bedenkingen als kerkrechtdeskundige hebben te maken met de situaties die ik in mijn eerdere commentaar heb aangestipt en besproken. In die situaties was ‘cancellen’ vaak met de handen te tasten. Ik wil in dit commentaar proberen te ontdekken hoe de kerkelijke tucht zich onderscheidt van ‘cancellen’.

Wat is ‘cancellen’?

Wat is ‘cancellen’? Dit verschijnsel betreft de praktijk om individuen, groepen, bedrijven of instellingen openlijk te bekritiseren en te boycotten vanwege hun vermeende verwerpelijke acties, opvattingen of teksten. Het is overgewaaid uit de Verenigde Staten van Amerika en is ontstaan binnen de context van bewegingen als #MeToo en #BlackLivesMatter. Het kon zich wereldwijd verspreiden met behulp van de sociale media. We spreken nu zelfs van een ‘cancelcultuur’, omdat allerlei tegengestelde politieke, artistieke, ethische en commerciële belangen door elkaar heen lopen. In gewoon Nederlands hebben we hier te maken met een neiging om elkaar de maat te nemen en met elkaar af te rekenen (‘afrekencultuur’). Meestal eindigt ‘cancellen’ met verlies van inkomen en gigantische reputatieschade.

Schuldig?

De kerkelijke pers zat in de voorbije tijd boven op de geruchtmakende tuchtzaak van dr. Paul Visser. Hij zou zich niet passend hebben gedragen naar vrouwelijke gemeenteleden in zijn Rotterdamse Maranathakerk. Hem werd door het Classicaal College voor het Opzicht (CCO) verweten zich schuldig te hebben gemaakt aan ‘veronachtzaming van het ambt’, géén gering verwijt! Desondanks stond boven het artikel in Het Nederlands Dagblad van 30 augustus 2025 als kop: ‘schuldig, maar geen sancties’. De krant schreef erbij: ‘hij was zich in zijn handel en wandel niet bewust geweest van het ambt dat hij bekleedde en het gedrag dat daarbij hoort.’

Zelf heeft dr. Visser als reactie op dit oordeel gezegd dankbaar te zijn dat hem geen tuchtmaatregelen zijn opgelegd, maar verklaart tevens dat de stijl van begroeting van hem (en zijn vrouw) verkeerde gedachten heeft opgeroepen. Zijn hartelijkheid en spontaneïteit zijn misverstaan en als grensoverschrijdend ervaren. Vervolgens zijn die als klachten ingediend bij het genoemde tuchtcollege. Dat heeft die klachten in behandeling genomen en een uiteindelijke beoordeling gegeven. Het CCO beklemtoont hierin dat er echter geen sprake is geweest van ‘seksuele handelingen of toespelingen’. Maar dan tóch een beoordeling dat dr. Paul Visser zijn ‘ambt heeft veronachtzaamd’?

Ik verwonder mij over deze uitdrukking ‘schuldig, maar geen sancties’. Die kop is waarschijnlijk ontstaan bij koppenmakers van de krant door de woorden over het ‘veronachtzamen van het ambt’. Wordt hem dan zijn hartelijkheid ten laste gelegd? Zijn warme en gemoedelijke stijl van omgang met mensen? Zijn joviale begroeten van mensen? Ik kan er niet direct een vreselijk kwaad in zien. Volgens het officiële PKN-rapport was ds. Paul Visser echter ‘te onvoorzichtig, te weinig in touch met privacy anno 2025, maar nooit was er sprake van grensoverschrijdend gedrag en ambtsmisbruik ter ondersteuning daarvan.’ Het veronachtzamen van het ambt is merkwaardigerwijze dan toch blijven staan als verwijt. In mijn ogen is het misschien zijn neiging om mensen bemoedigend aan te raken wat hem is opgebroken. Wat dr. Paul Visser aan de dag heeft gelegd, past niet meer in deze tijd.

Wat is tucht?

Maar is dit nu wat kerkelijke tucht bedoelt? Op grond van Gods Woord treedt de tucht pas in werking als het om concrete zonde gaat, als een mens die een volgeling is van de Heere Jezus de plank helemaal misslaat. De Bijbeltekst van Matthéüs 18:15-18 is de sprekende passage waarin de Heere Jezus de wijze van doen met betrekking tot de tucht ontvouwt. Tucht gaat over leertucht, maar evenzeer over levenstucht, ons handelen in de dagelijkse praktijk!

Maar tucht is nooit ‘cancellend’ of gericht op afbraak. Tucht dient de opbouw van het Lichaam van Christus en zal nooit het ‘afrekenen’ van mensen als doel hebben. Tucht is zó heilzaam: het betekent niets anders dan ‘trekken’ aan mensen om hen binnen de lichtkring van het heil te houden. Het is de Heere Jezus Zelf Die de tucht heeft ingesteld om de verhoudingen binnen de kerk zuiver te houden. Het gaat hierbij om het zelfreinigende vermogen van de kerk. ‘Cancelling’ verhoudt zich tot tucht als verdelgingsmiddel tot geneesmiddel. Deconstructie staat tegenover reconstructie na bekering! Het ultieme doel is ‘het winnen van de broeder’ die de weg is kwijtgeraakt. Om het verloren schaap weer bij de kudde te brengen! De Heere Jezus beschrijft in een aantal stappen het proces dat hieraan dienstbaar is.

Is zoiets het geval geweest in de tuchtsituatie van ds. Visser? Heeft het gesprek ‘onder vier ogen’ (vers 15 in de vertaling van NBG 1951) plaatsgevonden, waarmee al veel zou zijn gewonnen? Wat ik eigenlijk had willen lezen, is dat mensen in Rotterdam nader tot elkaar zijn gekomen, elkaar in de ogen hebben gezien en tezamen hebben beleden zondaars te zijn in Gods oog en het nodig hebben van genade te leven. Dat blijft hier allemaal in het vage. Naast deze vraag heb ik nog andere vragen, die waarschijnlijk nooit beantwoord zullen worden, want je hangt als kerk niet de vuile was buiten. Het is allemaal zó precair! Maar je gunt zo’n begenadigd iemand niet zo’n naargeestige afloop van zijn zegenrijke loopbaan. De wijze les is wel dat predikanten een goede balans weten te bewaren tussen nabijheid en distantie in hun omgang met vrouwen.


Ds. Yme Horjus, gepromoveerd op het draagvlak voor tucht en ook schrijver van het boekje Vrucht van de tucht, Discipelschap en discipline in de gemeente van Christus, Amsterdam 2021

Ook interessant

Onheilige verdeelde christelijke kerk

De kerk lijkt in de praktijk vooral een ‘onheilige verdeelde christelijke kerk’ te zijn. Weten we nog wat het betekent: ‘Gij geheel

Als kerken dwalen

In steeds meer kerken komt ruimte voor een homoseksuele praktijk. Wat doe je als gemeentelid als kerken dwalen op dit punt?