In de eerste plaats is het goed om te beseffen dat homoseksuele gerichtheid een complexer fenomeen is dan vaak wordt aangenomen.
Er kunnen onderliggende factoren zijn die bijdragen aan het ontstaan van homoseksuele gevoelens. Denk bijvoorbeeld aan seksueel misbruik, of het missen van erkenning door iemand van hetzelfde geslacht (vaak de vader). Dan is het verstandig om met het onderliggende probleem aan de slag te gaan.
Maar ook als er geen aanwijsbare onderliggende factoren zijn, blijkt uit ervaringsverhalen dat je soms van een homoseksuele gerichtheid af kunt komen. Enkele voorbeelden zijn te lezen in Er moet licht komen. Ook Rachel Gilson noemt voorbeelden.
Tegelijk is het vermoedelijk ook zo dat dit vaker niet dan wel gebeurt. Wat echter opvalt uit getuigenissen zoals van Rosalia Butterfield is dat zij weliswaar de homoseksuele gerichtheid niet kwijtraken, maar dat die niet meer behoort tot hun kernidentiteit. Het is geen groot ‘ding’ meer in hun leven. Hetzelfde lees je bij Richard Oostrum. Ze waren ook in staat om uiteindelijk te komen tot een huwelijk met iemand van het andere geslacht.
In het algemeen is het belangrijk dat je iemand aan je zijde hebt die op pastorale wijze vanuit Gods Woord met je meedenkt en voor je bidt.