Binnen onze reformatorische gezindte lijkt het alsof het verschil tussen man en vrouw verandert. Zo vraagt een reformatorische werkgever een vrouw een gebed te laten doen, terwijl er mannen zijn. Het argument wat daarbij gegeven wordt, is dat binnen het werk de rollen gelijkwaardig zijn. Hoe gaan we daarmee om?
Mannelijk en vrouwelijk zijn geen rollen of functies. Het is een onderscheid dat bepaald wordt door ons lichaam. In Gods goede scheppingsorde is het de verantwoordelijkheid van de man om geestelijk leiderschap op zich te nemen. Als we gelijkwaardigheid van rollen of functies opvatten als gelijkheid, negeren we de scheppingsorde en de boodschap van de Bijbel. Dit is een vorm van Schriftkritiek. Wij bepalen dan effectief dat Gods Woord niet zou gelden voor onze situatie.
Literatuursuggesties:
Is het zwijgen van de vrouw in de kerk niet oneerlijk?
De man het hoofd en de vrouw onderdanig?
Binnen onze reformatorische gezindte lijkt het alsof het verschil tussen man en vrouw verandert. Een ander voorbeeld: op een reformatorische school kan een vrouw de opleiding tot beveiliger volgen en moet daarvoor een broek aan. Hoe gaan we daarmee om?
Dit verschijnsel duidt op een hellend vlak, maar is niet principieel verkeerd. Net als bij de politie, zijn er ook bij het beveiligingswezen situaties denkbaar waar het wenselijk is dat de veiligheid in eerste instantie in handen is van vrouwen. Denk bijvoorbeeld aan persoonlijke beveiliging of de beveiliging van bepaalde scholen. Echter, waar het gaat om het openbare leven, de beveiliging van bedrijven of actieve dienst in het leger, duidt het op secularisatie van de gezindte.
In de Bijbel staat nergens dat vrouwen een bepaald soort kleding moeten dragen. Wel dat het bedekkend en niet seksueel uitlokkend moet zijn. In de westerse wereld hangt het dragen van broeken door vrouwen samen met de emancipatie-ideologie. Rokken daarentegen beklemtonen het sekseonderscheid en, esthetisch gesproken, het gracieuze aspect van vrouwelijkheid. Tot ver in de twintigste eeuw was het dan ook in heel Europa onder alle bevolkingsgroepen gebruikelijk dat vrouwen een rok/jurk droegen. Maar toen stond daarvan wel de bedekkende functie centraal. Het type ‘rokjes’ dat veel jongeren op reformatorische scholen dragen gold toen en geld voor veel buitenlandse christenen (ook die gewoonlijk een broek dragen) als onfatsoenlijk. Dat is minstens zo groot een probleem als de broek bij de opleiding voor beveiligers…
Literatuursuggestie(s):
Herkenbaar zijn. Is de rok alleen voor de refo?
Wat zegt de Bijbel over een ‘cross-seks’ kledingstijl?
Moeten onze straten veranderen in een vertoon van zedeloosheid?