Zie burgerschapsvorming niet als bedreiging, maar als kans

Leestijd: 4 minuten

Burgerschapsvorming op christelijke scholen blijft een spannende aangelegenheid. De liberale bemoeizucht staat niet alleen haaks op Bijbelse ethiek, maar ook op de oorspronkelijke bedoeling van de vrijheid van onderwijs. Is er toekomst voor principieel christelijke onderwijs?

Deze week spraken oud-minister Arie Slob en ik tijdens een studiedag op het Pieter Zandt College in Kampen, voor ruim driehonderd leerkrachten in het voortgezet onderwijs. Het thema was ‘Burgerschap’.

Kun je de kernwaarden van burgerschap bevorderen op een christelijke school zonder je identiteit te verloochenen? Immers, de kernwaarden van burgerschap zijn vrijheid, gelijkheid en solidariteit. Dat zijn de kernwaarden van de Franse Revolutie! Hierbij wordt menselijke zelfbeschikking als levenshouding gepropageerd. Het bijzonder onderwijs in Nederland werd indertijd juist opgericht als protest tegen overdracht van deze ideologie op school.

Hoe niet?

Mag de overheid nu van Christelijke scholen vragen om deze ideologie te gaan bevorderen? Het antwoord op die vraag is: nee, natuurlijk niet. Menselijke zelfbeschikking gaat in tegen Gods rechten.

  • Absolute vrijheid bestaat niet, want mensen hebben de plicht om te leven naar Gods wet.
  • Bovendien, mensen zijn helemaal niet gelijk. Niet in de praktijk, en ook niet in de samenlevingsvisie van de Bijbel. Bij gelijkheidsideologen zijn sommigen altijd meer gelijk dan anderen..
  • Solidariteit was er alleen met gelijkgestemden. De zogenaamde broederschap van de Franse Revolutie leidde tot de guillotine voor andersdenkenden

Groen van Prinsterer stelde tegenover de Revolutie het Evangelie. Een christelijke school die inhoudelijk de kernwaarden van de Franse Revolutie gaat aanprijzen, begrijpt niet meer waarom zij ooit is opgericht. Zij relativeert Gods geboden en schept een ander ethos. Met ander woorden: zij geeft haar identiteit op.

De druk op scholen om dit te doen, blijft voelbaar. Niet alleen vanuit de politiek. Ook tekstboeken die op scholen gebruikt worden, gaan dikwijls uit van een seculier mens- en wereldbeeld. Verder blijft de druk van liberale ideologen op de onderwijspolitiek in Den Haag onverminderd. Regelmatig springen zij op de barricaden zodra de gelegenheid zich voordoet. Dat maakt het leven van onderwijsambtenaren op het ministerie die zich professioneel willen opstellen er niet gemakkelijker op. Eind vorig jaar deed zich bijvoorbeeld het bizarre scenario voor van een politieke meerderheid in de Tweede Kamer voor een zondagschoolpolitie. Gelukkig hebben de jongste verkiezingen deze ideologen hun meerderheid ontnomen.

Hoe wel?

Een christelijke school kan dus nooit met een goed geweten een libertijnse ideologie aanprijzen of ruimte bieden aan een zondige levensstijl. Is het niettemin mogelijk om de waarden van burgerschap, zoals die op dit moment in de wet staan, op een christelijke manier in te vullen?

Ja, dat is mogelijk. Op dit moment laten zowel de grondwet als de jurisprudentie eromheen voldoende ruimte voor een eigen principiële invulling van de kernwaarden van de wet. Eenvoudiger gezegd: we kunnen op school blijven leren wat de Bijbel zegt en gehoorzaamheid aan Gods geboden vragen. Erbij gezegd: zolang we daarin consequent zijn en niet discrimineren. Daar ligt een gevoelig punt in onze tijd. Wie heteroseksueel zoenen en knuffelen op het schoolplein toestaat maar homoseksueel niet, vraagt in het huidig tijdsgewricht om problemen. Hier liggen kansen om de school voor alle jongens en meisjes een veiliger en meer Bijbels genormeerde omgeving te maken.

Immers, hoewel de kernwaarden vrijheid, gelijkheid en solidariteit belangrijk zijn voor de meerderheid van de Nederlandse samenleving van dit moment, vereist de wet niet dat iedereen die invult op de manier van D66. Integendeel, zo blijkt uit het Kamerverslag bij het aannemen van de wet.

  • Christenen behouden niet alleen recht op een school die is ingericht volgens hun waarden, maar ook het recht op hun afwijkende mening en ethos. De huidige burgerschapswet ontneemt Christenen niet de vrijheid om God te dienen naar Zijn geboden en dat heilzaam te vinden voor alle mensen.  Ook inhoudelijk is er ruimte voor een christelijke invulling.
  • Het aanknopingspunt in gelijkheid bestaat in het feit dat alle mensen gevallen schepselen zijn die verlossing nodig hebben en allerlei zonden hebben te overwinnen.
  • We geloven ook in solidariteit: het goede voorhebben met de ander. Juist Christenen willen anderen niet kleineren om wie ze zijn of omdat ze met iets worstelen. Expliciet betekent dit eveneens: een school heeft de wettelijke vrijheid om zonde als verkeerd te blijven duiden, ook op seksueel gebied. De hoofdlijn daarbij is het Grote Gebod. Laten we onze leerlingen bij de hand nemen en wijzen op de heilzaamheid van Gods geboden. Laten we solidair zijn in onze gezamenlijke worsteling tegen zonden, van allerlei aard, die ons lichtelijk omringen (Heb. 12:1).

Burger van twee werelden

De wet laat dus ruimte om burgerschap zonder opoffering van identiteit of ethos in te vullen. De gezamenlijke conclusie van minister Slob en ik deze week was dat er anno 2024 goede mogelijkheden zijn om de kernwaarden gestalte te geven vanuit de eigen identiteit. Juist in onze tijd is het belangrijk dat jongeren weten wat er in de wereld speelt en zich staande kunnen houden in de maatschappij waarin ze terecht komen. Niet: meedoen met de waan van de dag om carrière te maken. Maar: als principieel christen een bijdrage leveren aan de samenleving en de heilzaamheid van Gods geboden hooghouden.

We zijn als christen burger van twee werelden. Rust zullen we hier op aarde nooit vinden. De duivel, de wereld en het eigen vlees stellen altijd voor uitdagingen. Dat zijn tegelijkertijd kansen. In dit geval, om jongeren toe te rusten om de Heere principieel trouw te zijn in een pluriforme samenleving die Hem verlaten heeft. Laten wij, ouders en onderwijzers, hen in dit nieuwe jaar met onze gebeden vergezellen.


Gepubliceerd: 12-01-2024

Ook interessant

boek

Recensie: Sprookjesboek

René Erwich, hoogleraar praktische theologie, en Almatine Leene, predikant in de GKv, vatten een paar jaar geleden het plan op om de