Vorige week was het weer zo ver: Halloween. Pompoenen en zakken snoep vlogen de winkels uit, kostuums werden klaargemaakt en huizen werden ‘versierd’.
Die ‘versieringen’ zijn soms echt duister: ze tonen duivelse clowns of enge kinderpoppen, grafstenen en -kisten, moordwapens en bloedspetters. Halloween viel dit jaar in de herfstvakantie en waar we ook gingen, overal werden we geconfronteerd met spoken, heksen en de dood. Engeland is bekend om zijn vele prachtige landgoederen en we bezoeken deze historische plekken bij ons in de buurt graag. Op de dag voor Halloween waanden we ons echter in een kostuumdrama. Helaas was dat niet de prachtige Jane Austen-versie zoals de omgeving zou doen vermoeden, maar meer een halloween-nachtmerrie met mensen gehuld in lelijke, griezelige, plastic rommel. Opvallend was een meisje van een jaar of zes. Ze had niet alleen een heksenjurk aan, maar ze was zo geschminkt dat het leek alsof iets kwaadaardigs haar gezicht had gekrabd en rond haar mond droop ‘bloed’ naar beneden.
Illustratie
De manier waarop men Halloween viert is een goede illustratie van hoe de zonde misleidt en verleidt. Want het is natuurlijk heel vreemd dat Halloween, een feest dat draait om de dood, het kwaad en de geesten, zogenaamd een kinderfeest is. Wat bezielt mensen om hun huis te hullen in spinnenrag, te behangen met ‘spoken’ en bloedspetters, een levensgrote guillotine in de tuin te plaatsen om vervolgens voorbijgangers vrolijk een ‘happy halloween’ te wensen? Waarom schminkt men bloed op het gezicht van zes-jarige kinderen? Waarom gaan er op 31 oktober groepen kinderen, sommigen letterlijk gekleed als duivels, langs de deuren? Het antwoord is eenvoudig: kinderen houden van verkleden en kinderen houden van snoepjes. En zo verkopen we hun de duisternis.
Gaat het niet net zo met de zonde? Als er een zondig verlangen in ons opkomt, weten we vaak wel dat het verkeerd is. Maar ja, het lijkt zo aantrekkelijk. Het heeft dan misschien ellende en de (eeuwige) dood tot gevolg (Galaten 5:19-21), maar het is zo gezellig, en die snoepjes… Je moet het allemaal niet zo serieus nemen.
Verleidt door ‘snoepjes’
De zonde verleidt ons echter door ons te verblinden met ‘snoepjes’ en ‘verkleden’. Het genot op korte termijn verdoezelt het kwaad van zondig gedrag. De duivel doet zich voor als een engel des lichts (2 kor.11:14). De duivel, de wereld en ons eigen vlees zijn erop uit ons tot zonde te verleiden. Daar valt niet mee te spotten.
Terwijl op 31 oktober buiten op straat de duisternis regeerde, vierde onze gemeente (net als vele andere in Engeland) met de kinderen een feest van licht. De kinderen van de gemeente en hun vriendjes en vriendinnetjes kwamen in hun meest blije, gekleurde kleding naar de kerk. Ze speelden spelletjes, zongen, aten (ja, er waren ook snoepjes) en hoorden het Evangelie van het Licht van de Wereld, Die kwam om de duisternis van de zonde te verslaan: Jezus Christus. Zijn Woord is “een lamp voor mijn voet, en een licht op mijn pad” (psalm 119:105). Dat licht ontmaskert zonde en wijst ons de weg die naar het leven leidt.