De Danversverklaring vat samen waarom het nodig was te komen tot de Council on Biblical Manhood and Womanhood (CBMW) en biedt een overzicht van de overtuigingen die daaraan ten grondslag liggen. Deze verklaring werd in december 1987 opgesteld door verschillende evangelicale leiders op een CBMW-bijeenkomst in Danvers, Massachusetts (USA). Ze werd in november 1988 voor het eerst in definitieve vorm door de CBMW gepubliceerd in Wheaton, Illinois.

Motivatie
Wat ons beweegt met het oog op onze doelstelling zijn de volgende moderne ontwikkelingen die we met grote bezorgdheid waarnemen:

1. De wijdverbreide onzekerheid en verwarring in onze cultuur over de complementaire verschillen tussen het mannelijke en het vrouwelijke geslacht.

2. De tragische gevolgen van deze verwarring. Ze betekent de ontrafeling van het huwelijkskleed dat God heeft geweven uit de prachtige, onderscheiden draden van het man- en vrouw-zijn.

3. De toenemende invloed van het feministisch gelijkheidsdenken, dat gepaard gaat met vervorming en verwaarlozing van de in de Schrift afgeschilderde gelukkige harmonie tussen man en vrouw: het liefdevolle, nederige leiderschap van echtgenoten en de verstandige, gewillige erkenning van dat leiderschap door echtgenotes, die beide door Christus verlost zijn.

4. De wijdverspreide onduidelijkheid over de waarde van het moederschap, zorg voor het gezin en de vele bedieningen die in de geschiedenis door vrouwen werden vervuld.

5. De groeiende goedkeuring van seksuele relaties die in de Bijbel en in de geschiedenis als ongeoorloofd of pervers zijn beschouwd, en de toename van een pornografische voorstelling van de menselijke seksualiteit.

6. Het toenemende lichamelijke en emotionele misbruik in het gezin.

7. De opkomst van taakverdelingen voor mannen en vrouwen in kerkelijk leiderschap die niet in overeenstemming zijn met het Bijbelse onderwijs. Deze hebben een averechtse uitwerking, doordat zij een getrouw Bijbels getuigenis ondermijnen.

8. De toenemende prevalentie en acceptatie van hermeneutisch eigenaardige constructies die bedacht worden om Bijbelteksten waarvan de betekenis direct duidelijk is, anders uit te leggen.

9. De daaruit voortvloeiende bedreiging voor het Bijbelse gezag, omdat de helderheid van de Schrift in gevaar komt. Haar betekenis is zo niet langer toegankelijk voor gewone mensen, maar slechts voor een beperkte groep technisch ingewijden.

10. De openlijke aanpassing aan de geest van de tijd door sommigen binnen de kerk die achter dit alles schuilt. Deze gaat ten koste van een aantrekkelijke, radicale Bijbelse authenticiteit die door de kracht van de Heilige Geest onze noodlijdende cultuur zou kunnen hervormen, in plaats van haar te weerspiegelen.

Doelstellingen
Wij onderkennen onze eigen blijvende zondigheid en feilbaarheid, en wij erkennen dat velen die het niet met al onze overtuigingen eens zijn toch oprechte evangelicalen zijn. Niettemin, vanuit de bewogenheid vanwege bovengenoemde waarnemingen en vanuit de hoop dat het verstand en hart van Christus’ kerk voor de heerlijke Bijbelse visie op geslachtelijke complementariteit kan worden ingewonnen, beloven wij de volgende doelstellingen na te streven:

1. Het bestuderen en uiteenzetten van de Bijbelse visie op de verhouding tussen man en vrouw, met name thuis en in de kerk.

2. Het publiceren van wetenschappelijke en algemene materialen die deze visie weergeven.

3. Het stimuleren van de vrijmoedigheid bij gewone mensen om het onderwijs van de Schrift te bestuderen en te verstaan, zeker ook wat betreft de verhoudingen tussen man en vrouw.

4. Het stimuleren van een weldoordachte en fijngevoelige toepassing van deze Bijbelse visie op de bijbehorende terreinen van het leven.

5. En daardoor:

  • het brengen van genezing aan personen en verhoudingen die beschadigd zijn geraakt door een gebrekkig verstaan van Gods wil inzake het man- en vrouw-zijn;
  • het helpen van zowel mannen als vrouwen om hun mogelijkheden voor bedieningen volledig te verwezenlijken door het juist verstaan en in praktijk brengen van de hun door God gegeven rol;
  • en het bevorderen van de verspreiding van het Evangelie onder alle volkeren door het proberen aan te kweken van een Bijbels herstel van verhoudingen, wat aantrekkingskracht zal hebben op een gebroken wereld.

Verklaringen
Gegrond op ons verstaan van het Bijbelse onderwijs verklaren wij het volgende:

1. Zowel Adam als Eva zijn naar Gods beeld geschapen, voor God als personen gelijk, in hun man- en vrouw-zijn onderscheiden (Gen. 1:26-27; 2:18).

2. Onderscheidingen in de rollen van mannen en vrouwen zijn door God ingesteld als onderdeel van de scheppingsorde, en behoren weerklank te vinden in ieder mensenhart (Gen. 2:18,21-24; 1 Kor. 11:7-9; 1 Tim. 2:12-14).

3. Adams positie als hoofd in het huwelijk werd door God gevestigd vóór de zondeval, en was geen gevolg van de zonde (Gen. 2:16-18,21-24; 3:1-13; 1 Kor. 11:7-9).

4. De zondeval bracht vervormingen teweeg in de verhouding tussen mannen en vrouwen (Gen. 3:1-7,12,16):

  • In huis komen overheersing of passiviteit gewoonlijk in de plaats van de liefdevolle, nederige positie van de echtgenoot als hoofd. En aanmatiging of slaafsheid komen gewoonlijk in de plaats van de verstandige, gewillige onderwerping van de echtgenote.
  • In de kerk maakt de zonde mannen geneigd tot een wereldse liefde voor macht of een van zich afschuiven van geestelijke verantwoordelijkheid. De zonde maakt vrouwen geneigd tot verzet tegen beperkingen van hun rol of verwaarlozing van het gebruik van hun gaven in passende bedieningen.

4. Het Oude Testament geeft evenzeer als het Nieuwe blijk van de even hoge waarde en waardigheid die God verbond aan de rol van mannen en vrouwen (Gen. 1:26-27; 2:18; Gal. 3:28). Zowel het Oude als het Nieuwe Testament bevestigen ook het principe van de man als hoofd in het gezin en in de verbondsgemeenschap (Gen. 2:18; Ef. 5:21-33; Kol. 3:18-19; 1 Tim. 2:11-15).

5. De verlossing in Christus heeft tot doel de vervormingen weg te nemen die door de vloek zijn meegebracht:

  • In het gezin moeten echtgenoten hun harde of zelfzuchtige leiderschap opgeven en groeien in liefde en zorg voor hun echtgenote. Echtgenotes moeten hun verzet tegen het gezag van hun echtgenoot opgeven en groeien in gewillige, vreugdevolle onderwerping aan het leiderschap van hun echtgenoot (Ef. 5:21-33; Kol. 3:18-19; Tit. 2:3-5; 1 Petr. 3:1-7).
  • In de kerk geeft de verlossing in Christus mannen en vrouwen een gelijk aandeel in de zegeningen van de zaligheid. Niettemin zijn sommige regeer- en onderwijsrollen binnen de kerk voorbehouden aan de mannen (Gal. 3:28; 1 Kor. 11:2-16; 1 Tim. 2:11-15).

7. In het hele leven is Christus de hoogste Autoriteit en Gids voor mannen en vrouwen, zodat geen enkele aardse gezagspositie –huiselijk, godsdienstig of burgerlijk– ooit een mandaat verschaft om menselijk gezag te volgen tot zonde (Dan. 3:10-18; Hand. 4:19-20; 5:27-29; 1 Petr. 3:1-2).

8. Bij zowel mannen als vrouwen mag een innerlijke roeping tot een bediening nooit gebruikt worden om Bijbelse criteria voor bepaalde bedieningen terzijde te schuiven (1 Tim. 2:11-15; 3:1-13; Tit. 1:5-9). In plaats daarvan moet het Bijbelse onderwijs de autoriteit blijven om onze subjectieve onderscheiding van Gods wil te toetsen.

9. De helft van de wereldbevolking is nog niet bereikt door lokale evangelisatie. In samenlevingen waar het Evangelie wel gehoord is zijn talloze andere verloren mensen. Er is spanning en ellende door ziekte, ondervoeding, dakloosheid, analfabetisme, onkunde, vergrijzing, verslaving, misdaad, gevangenschap, psychische aandoeningen en eenzaamheid. Daarom hoeft geen enkele man of vrouw die een verlangen van Godswege voelt om Zijn genade in woord en daad bekend te maken, ooit te leven zonder een bediening die kan strekken tot vervulling van dat verlangen, heerlijkheid van Christus en heil van deze gevallen wereld (1 Kor. 12:7-21).

10. Wij zijn ervan overtuigd dat een ontkenning of verwaarlozing van deze principes steeds meer verwoestende gevolgen zal hebben in onze gezinnen, onze kerken en de cultuur in het algemeen.